Een ode aan Felix de Rooy

10 September 2023 – International Theater Amsterdam (Amsterdam)

Dr. Wigbertson Julian Isenia

English below

Het is een eer om hier vandaag te staan, in het hart van het ITA, om te spreken over een van de meest belangrijke figuren in Nederlandse theatergeschiedenis - Felix de Rooy. Een multi-disciplinaire theatermaker, wiens werk de Westerse fragmentatie van verschillende kunstvormen heeft opgeheven en die streeft naar een vrije, inclusieve en vloeiende benadering van theaterkunst.

 Een van zijn meest opmerkelijke werken, “Marival” (1996), is een semi-documentaire voorstelling over vijf queer en gender-nonconforme personen uit Curaçao die naar Nederland zijn verhuisd. Door een combinatie van drag, Curaçaose folklore en Carnavalsmuziek, belicht dit stuk de complexe identiteiten van mensen van wie de seksualiteit en gender afwijken van de norm en hun zoektocht naar zelfexpressie in de Nederlandse context. Hier, ondanks de kansen voor grotere vrijheid, worden ze geconfronteerd met discriminatie en uisluiting vanwege hun huidskleur. Het gebruik van echte verhalen door De Rooy en improvisatie toont zijn vaardigheid om genuanceerde perspectieven te bieden op gender, seksualiteit, racisme en culturele interacties tussen Curaçao en Nederland.

Mijn eigen ervaring bij ITA heeft me bewust gemaakt van de waarde van representatie en diversiteit. Toen ik voor het eerst bij ITA begon te werken, toentertijd nog Stadsschouwburg, als medewerker publieksservice en theaterwetenschappen ging studeren, was ik direct geïmponeerd door de portretten in de wandelgangen. De beeltenissen van acteurs, actrices en makers waren indrukwekkend, maar voornamelijk wit.  Representatie heeft kracht, in het zien van onszelf en onze geschiedenissen op het podium en aan de muren. Maar zoals ik snel besefte, is er een cultuuromslag nodig om een echte, diepgaande verandering te bewerkstelligen. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat een diverse gemeenschap deze schilderijen ziet, ervan geniet, erdoor geïnspireerd raakt en een nieuwe generatie makers van kleur verwelkomt? Ik hoop dat het schilderij bijdraagt een cultuuromslag waarbij kritisch nadenken over programmering, personeel en publiek niet slechts een afvinklijstje is, maar een integraal onderdeel van ons theaterbestel.

 Felix de Rooy’s oeuvre biedt die diepte. Het gedachtegoed van De Rooy komt duidelijk naar voren in zijn eigen woorden, zoals blijkt uit het volgende citaat en ik citeer De Rooy uit een interview met hem uit 1998, dat ik naar het Nederlands heb vertaald: 

“Wanneer ik terugblik, besef ik dat mijn ouders vanaf een zeer jonge leeftijd een diepgeworteld gevoel van sociale rechtvaardigheid in mij hebben geïnstilleerd. Dit komt ook tot uiting in mijn artistieke medium, waar ik een vorm van kunst-socialisatie zie. Als schilder realiseerde ik me dat kunstwerken met een boodschap vaak slechts toegankelijk waren voor een elite binnen de samenleving, en zo hun potentieel om een impact te maken binnen de Antilliaanse gemeenschap verloren. Echter, toen er een documentaire over mijn werken werd uitgezonden, waarin ik zowel kon spreken als mijn schilderijen tonen, merkte ik dat mijn visuele communicatie veel breder werd ontvangen. Dit stimuleerde mij om richting theater te bewegen, een medium dat, hoewel kostbaarder dan schilderkunst, meer sociaal toegankelijk is. Maar voor een echt grootschalig bereik bleek film het meest effectieve medium.”1[1] 

Voor mij benadrukt deze quote het belang van toegankelijke kunst als middel voor sociale rechtvaardigheid en het potentieel van diverse media om een breder publiek te bereiken en impact te maken binnen diverse gemeenschappen. 

Dit is gerelateerd aan de thema’s die De Rooy in zijn werk belicht en zijn specifieke situatie en positie als kunstenaar. Het culturele bewustzijn en begrip zijn centrale thema’s in zijn werk, wat verder wordt geïllustreerd door een andere uitspraak van De Rooy.  Laat me een citaat van hem uit datzelfde interview delen:

“Als Caribische kunstenaar in Europa ben ik mij sterk bewust van mijn Caribische roots en alles wat daarin natuurlijk en vertrouwd voor me is. Echter, eenmaal buiten deze context, merk ik dat vele opvattingen omtrent de Caribische cultuur en spiritualiteit in Europa vaak als vreemd worden beschouwd. Dit heeft me ertoe aangezet mezelf te herdefiniëren. Binnen mijn kunstuitingen kan ik niet zomaar vanuit mijn eigen perspectief communiceren. Er is een noodzaak om de kennishiaten, de ‘zwarte gaten’ in het Europese bewustzijn, op te vullen. Zonder deze inzichten kunnen Europeanen mijn werk vaak niet in de juiste context plaatsen, noch de fijne nuances ervan waarderen, simpelweg omdat de fundamentele kennis en begrip van de Caribische cultuur ontbreekt.”2[2]

 De uitspraak onderstreept het cruciale belang van intercultureel begrip en de noodzaak voor kunstenaars om niet alleen te uiten, maar ook de culturele ‘zwarte gaten’ in het collectieve bewustzijn te vullen voor een dieper wederzijds begrip. Een vocabulaire en een aantal praktijken die De Rooy al heeft helpen formuleren en waarop we kunnen voortbouwen.

In dit licht, wil ik ook de aandacht vestigen op een andere cruciale figuur, Cliff San A Jong. Toen ik een paar maanden geleden werd gebeld door Gable Roelofsen over wie ik zou adviseren om geschilderd te worden, was Felix de Rooy zoals voor vele anderen een vanzelfsprekende keuze. Maar mijn mati Bart Krieger, curator en kunsthistoricus, kwam met het geweldige idee om Cliff San A Jong te vragen. Hij maakte deze koppeling omdat hij wist van de decennia lange vriendschap van de kunstbroeders De Rooy en San A Jong, maar ook de artistieke en professionele samenwerkingen tussen de twee. Interessant is dat in al deze samenwerkingen, speelt San A Jong als acteur, conform aan zijn eigen beroep, een schilder - bijvoorbeeld in ‘Every Picture Tells a Story’ (1978) of ‘Ava & Gabriel’ (1990).

 San A Jong’s relatie met zijn inspiratiebronnen en de schilderkunst is cruciaal om te benadrukken en biedt een boeiend perspectief. Ik wil een quote lezen uit 1989 toen de film ‘Ava & Gabriel’ op Curaçao opgenomen werd. San A Jong bleek verliefd te worden op zijn tegenspeelster. En ik lees nu een quote van hem op:

 “Het is me als schilder zo vaak gebeurd dat ik verliefd werd op mijn model,” zegt Cliff. „Als iemand me inspireert word ik helemaal gek. Dan moet ik haar schilderen en hebben. Daar heb ik geen controle over. Maar in deze film had ik het niet verwacht. Aanvankelijk wilde ik de rol helemaal niet spelen. Ik ben schilder en geen acteur. Bovendien ben ik een solist en gewend alles in mijn eigen tijd te doen. Ik zag er tegenop met veel mensen te moeten samenwerken en gebonden te zijn aan tijd. Maar Felix, met wie ik vroeger veel geschilderd heb, wilde me per se in deze rol. Hij wilde ook dat ik de schilderijen die Gabriël in de film maakt zelf zou schilderen. Voor hem besloot ik mee te doen. En toen was daar Nashaira, een wildvreemd meisje dat mijn tegenspeelster was, maar dat me meteen trof door haar gave gezicht en lieve karakter. In de paar weken dat we nu bezig zijn, heb ik een goed contact met haar opgebouwd en ik heb haar mijn liefde verklaard. lk heb haar ook uitgenodigd om op mijn kosten naar Suriname te komen. Wat ze ermee doet, is aan haar.”3[3]

 We kunnen ook stellen dat Felix de Rooy artistiek en professioneel verliefd werd op zijn inspiratiebron, Cliff, die hij telkens weer vroeg om een glansrol te spelen. Het is dan niet alleen toepasselijk dat Cliff Felix weer opnieuw schildert zoals hij eerder in 1990 al deed. Mijn wens is dat dit schilderij ook anderen inspireert. In Cliffs woorden, mogen wij allen volledig betoverd raken door het kunstwerk. Opdat wij telkens weer verliefd worden op Felix, ons verdiepen in zijn werk, zijn creaties aanschouwen, en ons door hem laten overhalen tot het aannemen van rollen die grensverleggend, inclusief en inspirerend zijn.

Dank.

  1. Rowell, “An Interview with Felix De Rooy and Norman De Palm,” 569–70.

[2] 2. Rowell, 570.

[3] 3. Hoofdrolspeler werd écht verliefd. "De Telegraaf". Amsterdam, 12-08-1989, p. 23. Geraadpleegd op Delpher op 09-09-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010645521:mpeg21:p023

An Ode to Felix de Rooy

10th September 2023 – International Theater Amsterdam (Amsterdam)

By Dr. Wigbertson Julian Isenia

It is an honor to stand here today, in the heart of ITA, to discuss one of the most significant figures in Dutch theatre history, Felix de Rooy. A multi-disciplinary theatre artist, whose work transcended the Western compartmentalization of various art forms, advocating for a liberated, inclusive, and fluid approach to theatre.

One of his most notable works, "Marival" (1996), is a semi-documentary performance about five queer and gender-nonconforming individuals from Curaçao who relocated to the Netherlands. Merging drag, Curaçaoan folklore, and Carnival music, this piece highlights the intricate identities of those whose sexuality and gender deviate from societal norms and their quest for self-expression within a Dutch context. Here, despite opportunities for greater freedom, they encounter discrimination and exclusion based on skin color. De Rooy's utilization of real stories and improvisation exemplifies his ability to offer nuanced perspectives on gender, sexuality, racism, and cultural interactions between Curaçao and the Netherlands.

My own experience at ITA has heightened my awareness of representation and diversity's value. Upon initially joining ITA, formerly known as Stadsschouwburg, as a public service employee and subsequently studying theatre sciences, I was immediately captivated by the portraits adorning the corridors. The depictions of actors, actresses, and creators were formidable, albeit predominantly white. Representation wields power—in seeing ourselves and our histories on stage and on walls. However, as I quickly realized, a cultural shift is essential to effectuate profound change. How do we ensure a diverse community perceives, enjoys, gets inspired by these paintings, and welcomes a new generation of color creators? I hope that this portrait encourages a cultural shift, where scrutinizing programming, staff, and audience is not just a checklist but an intrinsic component of our theatre system.

The oeuvre of Felix de Rooy offers such depth. His ideology is evident in his words, as evidenced by the following quote from a 1998 interview I translated into Dutch:

"When I reflect, I realize my parents instilled a deep-rooted sense of social justice within me from a very young age. This is evident in my artistic medium, where I perceive a form of art-socialization. As a painter, I recognized that artworks bearing a message were often accessible only to an elite, losing their potential to impact the Antillean community. However, when a documentary about my works aired, allowing me to both speak and showcase my paintings, I noticed my visual communication reached a broader audience. This nudged me towards theatre, a medium socially more accessible than painting, albeit costlier. Yet, for truly extensive outreach, film emerged as the most effective medium."

To me, this quote accentuates the importance of accessible art as a vehicle for social justice and the potential of diverse media to engage a broader audience and impact various communities.

This ties into the themes De Rooy addresses in his work and his unique situation and position as an artist. Cultural awareness and understanding are central themes in his work, further illustrated by another statement from the same interview:

"As a Caribbean artist in Europe, I am acutely aware of my Caribbean roots and everything inherently familiar to me. However, outside this context, I notice many perceptions of Caribbean culture and spirituality in Europe are often deemed strange. This has prompted me to redefine myself. Within my art, I cannot simply communicate from my perspective. There is a need to bridge the knowledge gaps, the 'black holes' in European consciousness. Without this insight, Europeans often cannot contextualize my work, nor appreciate its subtle nuances, simply because a fundamental understanding of Caribbean culture is lacking."

This statement underscores the pivotal importance of intercultural understanding and the necessity for artists not just to express but also to bridge the cultural 'black holes' in collective consciousness for deeper mutual comprehension. A vocabulary and set of practices that De Rooy has already helped formulate and upon which we can build.

In this vein, I also want to spotlight another pivotal figure, Cliff San A Jong. When Gable Roelofsen called me a few months ago seeking advice on portrait candidates, Felix de Rooy was the obvious choice for many. However, my colleague Bart Krieger, a curator and art historian, suggested Cliff San A Jong. He drew this connection, being aware of the decades-long friendship between the artist brethren De Rooy and San A Jong, as well as their artistic and professional collaborations. Interestingly, in these collaborations, San A Jong, staying true to his profession, often portrayed a painter, as seen in 'Every Picture Tells a Story' (1978) and 'Ava & Gabriel' (1990).

San A Jong's relationship with his sources of inspiration and painting is essential to highlight and offers a riveting perspective. I'd like to read a quote from 1989 when the movie 'Ava & Gabriel' was filmed in Curaçao. San A Jong happened to fall in love with his co-star. Here's a quote from him:

"As a painter, I've often found myself falling in love with my model," says Cliff. "When someone inspires me, I become completely enchanted. I feel compelled to paint and possess them. I have no control over this. But I never anticipated it with this film. Initially, I wasn't inclined to take on the role. I am a painter, not an actor. Moreover, I am a solitary figure, accustomed to working at my own pace. The idea of collaborating with many and adhering to a schedule was daunting. However, Felix, with whom I've painted extensively in the past, was adamant about me for this role. He also desired that I personally paint the artworks Gabriel creates in the movie. For him, I agreed. And then there was Nashaira, a stranger who played opposite me, yet immediately struck me with her pristine face and kind nature. Over the few weeks we've been working, I've developed a close bond with her, confessing my love. I even invited her to Suriname, on my dime. What she decides is up to her."

One might argue that Felix de Rooy artistically and professionally fell in love with his muse, Cliff, repeatedly inviting him for key roles. It is only fitting that Cliff once again paints Felix as he previously did in 1990. My aspiration is that this painting inspires others too. In Cliff's words, may we all be utterly enchanted by the artwork. Let us continually fall in love with Felix, delve into his work, admire his creations, and be persuaded by him to undertake roles that are boundary-pushing, inclusive, and inspiring.

Thank you.

Previous
Previous

Studies on Trans* and Same-Sex Loving People in Curaçao: a Review Essay

Next
Next

How to Read Dr Betty Paërl’s Whip